Aanbieders
De inspecties houden toezicht op de kwaliteit van jeugdhulp. Bij geconstateerde tekortkomingen kunnen de inspecties via meerdere wegen verbetering afdwingen. Een daarvan is om een aanbieder meer of intensiever in de gaten te houden door middel van verscherpt toezicht.
De inspecties verwachten dat een aanbieder in de periode van verscherpt toezicht intensief zal werken aan de vereiste verbeteringen en zij zullen de ontwikkelingen in die periode nauwgezet blijven volgen. Dit kunnen zij onder andere doen door het eisen van een verbeterplan, het intensief volgen van de voorgenomen verbeteringen, het uitvoeren van gepland en onverwacht toezicht, het houden van voortgangsgesprekken en het uitvoeren van een eindtoets.
De inspecties maken het instellen en opheffen van verscherpt toezicht actief openbaar en informeren de betrokken bestuurders c.q. bewindspersonen hierover. Doel van die openbaarmaking is het informeren van (potentiële) patiënten of cliënten.
n de Jeugdwet is opgenomen dat de organisaties die een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering uitvoeren een kwaliteitstoets vooraf (in de vorm van certificering) moeten doorstaan. De eisen waaraan de instelling moet voldoen zijn er op gericht de kwaliteit van de uitvoering te borgen.
Op de website van de certificerende instelling, het Keurmerkinstituut, kunt u zien welke organisaties gecertificeerd zijn. Tevens staat daar informatie over het beoordelingsproces en is het mogelijk het certificatieschema te downloaden.
Deels kunt u daarover een indruk krijgen door uw eigen contacten met de betreffende aanbieder, deels ook door na te gaan of over de betreffende aanbieder in het verleden een rapport van een of meer inspecties is verschenen.
De inspecties houden toezicht op de kwaliteit van de jeugdhulp. De toezichtrapporten staan op de websites van de inspecties en kunnen worden ingezien en gedownload. Als de inspecties bij een aanbieder toezicht hebben uitgevoerd, vindt u het meest recente rapport op hun websites.
Op de website kunt u ook zien of een jeugdhulpaanbieder onder verscherpt toezicht staat. In de regel mag u er vanuit gaan dat als een aanbieder niet onder verscherpt toezicht staat er geen reden is om te twijfelen aan de kwaliteit van die aanbieder. Staat een aanbieder onder verscherpt toezicht dan moet u het desbetreffende rapport en het oordeel van de inspectie daarover raadplegen.
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie Justitie en Veiligheid (hierna: de inspecties) houden in het kader van de Jeugdwet toezicht op de kwaliteit van de jeugdhulp. Zij houden geen toezicht op de rechtmatigheid van de geboden jeugdhulp. De Jeugdwet verplicht de gemeente om bij verordening regels te stellen om mis- of oneigenlijk gebruik van voorzieningen o.g.v. de Jeugdwet te bestrijden. De verantwoordelijkheid voor de rechtmatigheid van jeugdhulp en het toezicht hierop ligt bij de gemeente.
Gemeenten dienen op grond van artikel 2.1.3 lid 4 van de Wmo 2015 in de verordening regels opstellen over de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van een maatwerkvoorziening of een PGB.
De Wmo 2015 verplicht gemeenten daarnaast tot het uitvoeren van periodieke heronderzoeken naar toegekende maatwerkvoorzieningen en PGB’s. Hoe vaak die onderzoeken moeten plaatsvinden is niet in de Wmo 2015 geregeld. Gemeenten kunnen zelf prioriteiten stellen en daarbij rekening houden met fraudegevoeligheid van bepaalde voorzieningen. Het is belangrijk dat een gemeente zich er bij de opdrachtverstrekking aan de toezichthouder van bewust is dat het toezicht op de rechtmatigheid vraagt om een specifieke expertise. De VNG startte daarom het loket Fraudepreventie en handhaving wmo/jeugd.
Nadere informatie is te vinden in de factsheet Wettelijke Kaders Toezicht Wmo 2015 en Jeugdwet en in de handreiking Handhaving en naleving Wmo 2015 en Jeugdwet. Zie ook de toelichting in de Richtingwijzer rechtmatige zorg.
De inspecties bezien of de geboden jeugdhulp voldoet aan de kwaliteitseisen die uit de wet- en regelgeving voortvloeien. Aspecten als fraude en valsheid in geschrifte vormen hierbij een signaal over mogelijk tekortschietende kwaliteit van jeugdhulp. De inspecties worden dan ook graag door gemeenten geïnformeerd over dergelijke (vermeende) misstanden.
Om een zorginstelling te kunnen starten voor kinderen dient de beoogde ondernemer aan de vigerende wet- en regelgeving te voldoen en de vereisten die hieruit voortvloeien.
In dit kader zijn met name de eisen van belang die volgen uit de Jeugdwet en/of de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz), afhankelijk van het soort zorg dat door een instelling wordt geboden. Het toezicht op de Wkkgz is belegd bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, het toezicht op de Jeugdwet bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en Inspectie Justitie en Veiligheid gezamenlijk.
Als gemeente kunt u een signaal afgeven bij de inspectie via het contactformulier van het Inspectieloket.
Daarnaast kunt u kijken of de inspecties al eerder toezicht hebben uitgevoerd. Indien de inspectie toezicht heeft uitgevoerd bij een specifieke jeugdhulpaanbieder dan wel gecertificeerde instelling vindt u het rapport op de website van de betreffende inspectie.
Bij het inkopen van jeugdhulp doet u er verstandig aan om met de aanbieder af te spreken dat deze zich houdt aan de kwaliteitseisen die vanuit de Jeugdwet aan zorgaanbieders worden gesteld.
Aanbieders van jeugdhulp:
- hebben de verplichting om verantwoorde hulp te bieden.
- zijn zo georganiseerd dat verantwoorde hulp kan worden geboden en er kwalitatief en kwantitatief voldoende personeel is (norm van de verantwoorde werktoedeling).
- moeten werken met een familiegroepplan, een hulpverleningsplan of plan van aanpak.
- dienen een kwaliteitssysteem te hebben.
- moeten werken met medewerkers die beschikken over een VOG.
- dienen een verplichte meldcode te hebben voor huiselijk geweld en kindermishandeling.
- hebben een meldplicht bij een calamiteit bij de verlening van jeugdhulp.
- hebben een meldplicht geweld bij de verlening van jeugdhulp.
- moeten beschikken over een cliëntenraad en een klachtencommissie.
- vragen toestemming voor verlening van jeugdhulp.
- hebben de verplichting om een vertrouwenspersoon in de gelegenheid te stellen zijn taak uit te oefenen.
Ieder natuurlijk persoon of iedere rechtspersoon die jeugdhulp verleent onder verantwoordelijkheid van het College en hiertoe een financiële relatie aangaat (middels contract, subsidie of via een pgb van de cliënt) valt onder de kwaliteitseisen van de Jeugdwet en het toezicht van de inspecties. Dit geldt ook voor een organisatievorm waarin jongeren bij particulieren worden geplaatst.
De Inspectie SZW ziet toe op de naleving van de Arbeidsomstandighedenwet. De Arbeidsomstandighedenwet richt zich op werkgever en werknemer(s) in verband met veilig en gezond werken.
In dit kader kan door de Inspectie SZW ook bij jeugdhulpaanbieders worden geïnspecteerd; door middel van een jaarlijkse programmering worden de sectoren vastgesteld waar inspecties door de Inspectie SZW plaatsvinden. Inspecties kunnen ook plaatsvinden naar aanleiding van een klacht of een incident.