Waar raken lokaal Wmo-toezicht en Rijkstoezicht elkaar?

Beide toezichthouders kijken in beginsel vanuit hun eigen perspectief.

Als het zuiver gaat om onderzoek naar jeugdhulp raken ze elkaar niet: de lokale Wmo-toezichthouder en inspecties hebben dan een andere rol en andere bevoegdheden. Dit wordt anders als het om onderzoek naar ketensamenwerking in het sociaal domein gaat, waarin in het kader van één gezin/één plan behalve jeugdhulp ook hulp is ingezet die gefinancierd is vanuit de Wmo. Immers op die hulp heeft de lokale Wmo-toezichthouder wel toezicht en de inspecties niet. In dat geval zullen de inspecties samenwerken met de lokale Wmo-toezichthouder.

Wanneer een aanbieder naast Jeugdwet ook Wmo-taken uitvoert en er wordt toezicht uitgevoerd dan is afstemming bij de toezichtactiviteiten op zijn plaats.

Het is belangrijk dat binnen de gemeente de rollen ook goed gescheiden zijn en de lokale Wmo-toezichthouder zijn taak onafhankelijk kan uitvoeren.

Ook bij calamiteitentoezicht wordt, als er ook hulp vanuit de Wmo betrokken was, de Wmo-toezichthouder betrokken.